Netwerken met geschiedenis

Gisteren ben ik samen met Corina naar Culemborg geweest. Daar was een netwerkbijeenkomst voor erfgoedinstellingen, met als thema Opstand. Dit thema kan natuurlijk op allerlei manieren worden uitgelegd, maar voor Ons Fort een uitgelezen kans om dit jaar eens goed in de schijnwerpers te treden.

Na een welkomstwoord van de organiserende stichting, het Openluchtmuseum, werden we getrakteerd op een hoorspel met middeleeuwse muziek en een verhaal dat zich afspeelt tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Daarna volgde een lezing van historisch schrijfster Nelleke Noordervliet over Opstand in het koninkrijk Nederland door de eeuwen heen (ook in overzeese gebieden) waarna we even op adem konden komen met een kop koffie. Na deze korte pauze werd het programma vervolgd met een drietal onderwerpen. Ik koos een presentatie over opstand tégen Nederland uit, terwijl Corina naar Opstand in de collectie ging. Het onderdeel dat ik volgde ging vooral over opstand tegen de VOC en de WIC in de respectievelijke koloniën, en de Belgische opstand tegen Nederland die de afscheiding van België inluidde. Echt veel wijzer werd ik er niet van want vrijwel alles had ik al eens eerder gelezen of opgezocht, en dat terwijl op het podium een drietal knappe koppen zat.

Een uur later volgde wederom een pauze, ditmaal om te lunchen. Deze lunch was goed verzorgd, hoewel de soep smaakte alsof de zoutpot in de ketel was gevallen. De rest was wel erg lekker. Na de lunch ging Corina naar het onderdeel Brand je Event (het schijnt nog steeds hip te zijn om vooral Engelse leenwoorden te gebruiken) en ik woonde een presentatie bij over hoe je een programma voor een jonger publiek maakt en hoe je dit publiek benadert. Het begon met een uitleg over de jongste drie generaties: X, Y en Z, met de nadruk op de Y-generatie. Van deze generatie, volgens de spreekster mensen die zijn geboren tussen 1984 en 2000, moeten we het kennelijk hebben omdat dit de nieuwe draagkrachtige generatie moet zijn. Veel van wat er verteld werd wist ik wederom al, of doen we bij Ons Fort al, maar toch kon ik redelijk wat aantekeningen maken voor de finetuning (nu gebruik ik zelf al een Engels leenwoord!). In ieder geval weet ik nu wat we wel en niet kunnen doen om dit publiek aan ons te binden.

Weer een uur later volgde opnieuw een korte pauze, waarna een panelgesprek op het programma stond. Aangezien we al vanaf 10 uur ‘s ochtends bezig waren, hadden veel aanwezigen moeite de ogen open te houden. Het panelgesprek was vooral een discussie over wat er onder opstand verstaan kon worden, tussen de gespreksleidster en drie panelleden; twee journalisten en een historica. Erg verheffend kon ik het panelgesprek niet noemen. Ter afsluiting werd door een van de panelleden gevraagd of er mensen in de zaal waren die een persoonlijk verhaal konden vertellen over in opstand komen. Natuurlijk nam ik – als tweede reageerder – het woord en vertelde dat wij zijn ontstaan uit een burgerinitiatief en nu door het volk tot verzet te bewegen, en door serieus met gemeente en projectontwikkelaar mee te denken over de ontwikkeling van het terrein, een mooi informatiecentrum hebben.

Na afloop was er nog een borrel. Direct nadat de gespreksleidster het officiële gedeelte had afgesloten kwam er iemand op ons afgelopen. Het was een archeologe die in het voortraject had meegewerkt aan een van de rapporten over Fort Sint-Michiel. Bij het horen van de naam Ons Fort had zij ons meteen herkend! Even later werden we eveneens aangesproken door vertegenwoordigers van een tweetal instellingen in Nijmegen en Brabant. Deze vertegenwoordigers bleken in de regio Venlo te zijn geboren. Ook zij waren reuze benieuwd naar hoe het fort er nu bijligt. We hebben dus aardig wat contacten gelegd, wat hoop geeft voor de toekomst.